Kersviering

**1. Twee kinderen zijn getuigen in de kerststal en zijn onder de indruk van de nederigheid van dit Koningskind. Nederigheidhooi en wol

**2. Twee kinderen reizen mee op bedevaart naar Jeruzalem en zijn getuige van het achterblijven van de twaalfjarige Jezus in de tempel. Wijsheid = bijbel en kandelaar met brandende kaars

**3. Twee jonge mensen zijn te gast op een bruiloft in Kana en maken het eerste wonder van Jezus mee. Vreugde = (nep)taart en fles wijn

**4. Twee kinderen verliezen hun vriendinnetje, ze wordt erg ziek en sterft. Dan komt Jezus en brengt haar terug uit de dood. Verdriet, lijden en genezing = 1 gebroken hart en 1 heel hart

**5. Jonge mensen zijn getuige van het gevangen nemen, lijden en sterven van Jezus. Zijn offer. Het kruis staat al op z’n plaats. Zachtjesaan gaat het licht op het kruis schijnen…

 

Category
Tags

Comments are closed